Soms vragen mensen me of ze mee kunnen doen met Biodanza als
ze pijn hebben of een motorisch ongemak. Ik heb daar zelf ervaring mee dus
ik zal er hier iets over vertellen.
Iets over mijn geschiedenis:
Voor ik Biodanza deed worstelde ik jaren lang met chronische
pijn. Pijn vooral in mijn nek en schouders. De oorzaak was onduidelijk, maar
steeds had ik spierpijn, last van stijfheid en soms geïrriteerde pees aanhechtingen
en slijmbeurzen. Toen ik met Biodanza in aanraking kwam, was dat behoorlijk erg,
zo erg dat ik in overleg met mijn huisarts besloot een maandenlang pijnprogramma
te gaan volgen in het ziekenhuis. Hier leerde je omgaan met chronische pijn.
Daardoor leerde ik goed voor mezelf te zorgen, inspanning en ontspanning af te
wisselen, sommige dingen gewoon niet meer te doen en andere juist wel.
En zo
begon ik aan de Biodanza opleiding. Er was geen enkele docent die mij ooit zei
dat er iets onmogelijk was, of aan me twijfelde vanwege mijn beperkingen. Aan
het einde van mijn opleiding brak mijn reuma een periode uit, schoot de mini
discus uit één van mijn kaken en had ik een virus op mijn evenwichtsorgaan.
Wederom was er geen enkele docent die zei, stop er maar mee. Ik danste zoals ik
kon, schreef mijn scriptie in stukjes van tien minuten (langer kon niet vanwege
het duizelen) en slaagde met mijn hele hebben en houwen. Dat er nooit iemand
tegen me zei dat “het niet kon”, vond ik geweldig. Ieder danste met wat hij was
en kon en durfde.
Soms ging het dansen gemakkelijk, en knapte ik er enorm van
op. Soms ging ik over mijn grenzen en moest ik het bezuren, soms was het gewoon
niet zo aanwezig.
Wat me het meeste hielp was het feit dat niemand van de
docenten twijfelde of ik wel kon dansen. Dans gewoon met wat is, dat was de
houding. Er werd ook nauwelijks geanalyseerd, mijn pijn kreeg geen
betekenissen, ik hoefde niet te verbeteren; ik kon gewoon SAS zijn met mijn
mogelijkheden en beperkingen. Zoals iedereen zijn eigen mix heeft.
Toen het
eens een tijdje heeeeel slecht ging met mijn gewrichten heb ik een gebedje gedaan naar “DE
LIEFDE”. Ik zei, Liefde, als je wilt dat ik je rechterhand word en Biodanza
docent word, dan moet je mijn lijf in zo’n staat houden dat ik les kan geven.
Maakt niet uit hoe, ik kan best wat ongemak hebben. Maar ik wil je rechterhand
zijn en dansen en dat moet je dan mogelijk maken! Ik heb nog nooit een les of
een opleidingsweekeind hoeven afzeggen.
Soms gaat het gemakkelijk met mijn lijf
en soms niet. Maar het is niet meer zo belangrijk. Ik dans met wat is. Soms gaat
dat goed en soms stribbel ik tegen. En zo heeft iedereen zijn uitdagingen. Maar
zolang je nog adem haalt is er meer gezond en goed met je dan fout. En dat
gezonde is altijd aan te wakkeren. En kusjes helpen overal voor (bij mij
althans!).
Vanuit mijn ervaring en die van anderen heb ik een lijstje
met tips voor je gemaakt. Die gelden voor gewone Biodanza lessen. Er is ook
klinische Biodanza; dwz Biodanza voor speciale groepen zoals: psychosomatische
aandoeningen, kanker, mensen met depressie, Parkinson, anorexia, enzovoort.
Voor sommige groepen is het fijn een speciale docent te hebben met extra brede
ervaring. Ik geef je tips vanuit mijn eigen ervaring. Ik ben geen klinische
Biodanza docent. (wie weet ooit wel…)
De Tips:
Vertel de docent en je mede leerlingen even praktisch wat je
hebt en of er wat gebruiksaanwijzingen voor je gelden, maar maak er geen drama
verhaal van. Bij Biodanza werken we met het gezonde deel. Dat wat kan wordt
aangemoedigd en gevoed. En dat kan helend werken. Je hoeft niet op zoek naar
oorzaken, dans gewoon met wat je hebt en bent.
Pas op met flink zijn. Soms is het goed jezelf uit te dagen.
Er is goede pijn en foute pijn. Goede pijn is als je er uiteindelijk je
bewegingsvermogen door vergroot. Foute pijn is als je het de dagen na je les
teveel moet bezuren. Meestal weet je in de dans wel wat je aan het doen bent.
Niet flink zijn. Jezelf uitdagen op een levensbevorderende manier. Maar je
nooit ergens overheen zetten of doorbijten.
Bij ballet leerde ik flink zijn en doorbijten.... geen goed idee! |
Als er iets is, dat je niet kunt, geef het eenvoudig aan en
doe het gewoon niet. Sommige oefeningen kun je gemakkelijk even aanpassen. Je pakt
er een stoel bij, houdt de muur even vast voor evenwicht, doet het met 1 arm,
doet het wat rustiger, enzovoort. Luister naar je lijf en behandel dat met
liefde en zorg.
Zorg dat je lekker warm bent. Koude geeft meer kans op pijn,
stijfheid en blessures.
Als je bv hielspoor of een peesontsteking in je voet hebt,
gebruik dan schoentjes voor de springerige oefeningen. Liever dansen met
schoenen (ook al dansen we het liefst op blote voeten) dan helemaal niet dansen
of het zo verergeren dat je er voor weken uit bent.
Pas op met statische belasting bij alle soorten van pijn. Te
lang in één houding staan. Ik kan zelf niet goed lang in de cirkel staan met
mijn armen een beetje van mijn lijf af. Probeer dat op te lossen. Pak iemand
schouder even vast, of laat even los. Armen om elkaars heupen doet soms ook
pijn, dan laat ik mijn armen langs mijn lijf hangen en raak ik mijn naasten op
een andere manier aan. Zoek een oplossing die voor jou en de ander prettig is, zonder het contact te verliezen.
Als je niet lang kunt staan, pak er dan een stoel bij waar
je af en toe even op kunt zitten.
Bij liggende oefeningen, neem een paar kussentjes mee en een
dekentje. Pas dingen aan zonder dat je anderen uit hun Vivencia haalt.
Als je erg zweet (zomaar of omdat je het spannend vindt of omdat je veel isolerende smeuïgheid hebt) , neem dan een handdoekje mee of een schoon
shirt.
Als je echt niet kunt staan of dansen, kom dan evengoed.
Kies voor iedere dans iemand uit de groep en dans met je ogen. Kijk zo goed
naar je gekozen danser dat je meegaat in de Vivencia. Kijken activeert je spiegelneuronen.
In je hersenen activeer je dan dezelfde delen als wanneer je zelf zou dansen. Zo
ontstaan wonderen en nieuwe mogelijkheden. Kijkend in Vivencia raken is heel
bijzonder. De danser danst dan ook voor jou. Dat creëert een heel diepe
kostbare verbinding.
Als er maar iets is dat je kunt bewegen, laat dat dan
dansen, je ogen, je handen, je hoofd, je schouders, je adem, je ene voet. Er is
altijd iets dan kan dansen.
Voor aanrakingsoefeningen is afstemming essentieel. In principe
is aanraking helend. Maar en zijn talloze soorten pijn en ongemak. Alleen jij zelf
weet wat voor jou goed is. Jij mag best een gebruiksaanwijzing hebben. Zorg voor
jezelf zonder de Vivencia van de ander en de groep te verstoren.
Biodanza kan je heel goed helpen je pijn of ongemak er te
laten zijn zonder eronder te lijden. Het gezonde in je aan te wakkeren. Te kijken
naar mogelijkheden. Meer te leren genieten. Te zoeken naar het fijne en
levengevende. Soms ontstaat heling en soms genezing. Biodanza nodigt uit te
dansen met wat is. Het leven in jou wijst je de weg…als je maar heel goed
luistert.
Voor docenten:
Geef als docent veel toestemming aan je groep om te
luisteren naar het eigen lichaam. Lichaamsgewaarzijn, feedback met het eigen
lichaam en autoregulatie zijn essentieel in Biodanza. En zijn voor iedereen
belangrijk.
Leer als docent je groep ook te dansen met degene die even
iets minder kunnen. Ik heb geweldige dansen gedaan met iemand in een rolstoel,
met een blinde, met een spastische man, met iemand die een posttraumatische
stress stoornis had, met een anorexia patiënte enzovoort!
Als iemand aan de
kant zit, gooi kusjes, maak expressieve gebaren, ontmoet ze, betrek ze bij het
proces.
Pas je lessen niet teveel aan. Leer de leerlingen, de
uitvoering van de dansen aan te passen aan hun mogelijkheden. Dat werkt door in
hun dagelijks leven. Leer ze te zoeken naar het mogelijke en dat tot op de
bodem uit te diepen.
Verberg je eigen gebrekjes niet. Wees mens tussen de mensen.
Je kunt de groep alleen leren wat jouw lichaam kan ervaren. Ervaar zelf zoveel
je kunt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten